Twee keer is ze erbij op de Olympische Spelen: in 1988 en 1992 Maar met wat goede wil had dat ook vier keer kunnen zijn In 1984 scheelt het maar één dag en wat reglementen. Een mogelijke comeback in'2008 smoort ze zelf in de kiem. Boogschutter Jacqueline van Rozendaal-Van Gerven, geboren en getogen in Hintham. Nu administratief medewerkster bij de Middelbare Horecaschool van het Koning Willem I College in Den Bosch. Wanneer we terugblikken op haar geschiedenis merkt ze al snel op dat veel van wat er ooit was, er niet meer is. Waar haar geboortehuis (20-2-1964) stond op Overdijk 1 ligt nu de A2. Alle scholen, die ze bezocht, hebben in de loop der jaren een andere naam of functie gekregen. De Mariaschool in Hintham, de Land- en tuinbouwschool in Den Bosch en de Sierteelt vakschool in Vught. Het boogschieten krijgt ze thuis met de paplepel ingegoten. Vader Van Gerven is in die jaren voorzitter van DVS (De Vrolijke Schutters). "Ik was pas 13 jaar en mocht met hem mee naar de club. In en bij café Juliana, tegenover het oude station van Rosmalen. In het begin was ik een gezelligheidsschutter. Dit was mijn uitje; echt uitgaan mochten we toen nog niet." Serieus wordt het schieten in 1980, wanneer ze Carry van Goal op de televisie in Moskou aan het werk ziet. "Hoe | 63 |
jong ik toen ook was. ik dacht meteen dat zou ik ook wel willen. Daarna is het snel gegaan. Onze vereniging was van behoorlijk niveau en daardoor hoorde je, wanneer je in Rosmalen goed was, ook landelijk snel bij de top. Bovendien kreeg ik verkering met Gerry: we waren allebei bevlogen schutters. Veel wedstrijden in Duitsland hebben we gedaan. Vaak tot wanhoop van de organisatoren daar." Heel oude, vaak zilveren wisselbekers, verhuizen in die jaren definitief naar Hintham. Omdat Jacqueline er een gewoonte van maakt drie keer op rij zo'n Duitse wedstrijd te winnen. De echte doorbraak komt in 1983 bij het NK outdoor. Niet de gedoodverfde favoriete Van Gool wint de titel, maar Hinthamse Van Gerven. Daarmee plaatst ze zich meteen voor het WK later dat jaar in Los Angeles. Met een score van 2438 punten eindigt ze in LA als 33ste. "Dat was een mooie generale repetitie voor de Olympische Spelen van 1984, ook in Los Angeles. Ik zat nu in de Olympische selectie en hoefde alleen maar twee keer aan de normen te voldoen. De eerste keer had ik al snel op zak; de tweede keer schoot ik me naar LA. Dacht iedereen tenminste, maar .... helaas bleek dat één dag te laat te zijn. Achteraf denk ik dat, wanneer de bond het echt gewild had, er wel een oplossing gevonden was. Maar nu zat ik in plaats van in Los Angeles in 1984 thuis. Had daar toch een feestje: Gerry en ik trouwden." Terwijl ze grossiert in Nederlandse titels - ze mist nog het overzicht, maar het moeten er een stuk of 25 zijn - is Van Rozendaal wel van de partij in Seoel (1988) en Barcelona (1992). Met een 23ste en 20ste plaats op het individuele onderdeel als resultaat. "Voor ons waren die Olympische Spelen de kers op de taart. Het ging er toen allemaal nog heel anders aan toe dan tegenwoordig. Geen vergoeding; om wedstrijden te kunnen schieten moest je gewoon vakantiedagen opnemen. De eerste keer in Seoel kwam ik zowel letterlijk als figuurlijk in een andere wereld terecht. Terwijl in Nederland de handboogsport niet tot de populaire sporten gerekend kan worden was het in Korea dé nationale sport. En schootje dus in een vol stadion. Barcelona was ook superleuk, maar anders. Misschien omdat het nieuwe er vanaf was, maar ook door 'ons flatje'. In Seoel bestond onze équipe slechts uit drie personen en waren we ondergebracht bij de wielrensters. Daardoor kreeg je een interactie met andere sporters. Dan hoorde je nog eens iets nieuws van andere sporten. Zoals hoe de wielrenners toen al met de voeding bezig waren. En dat ze niet mochten lopen! Zelfs naar de eetzaal gingen ze met de fiets." Groot feest is het wanneer kamergenote Monique Knol goud verovert op de weg. In Nederland en in de wielerwereld tenminste. Maar niet in het flatje. "Ja, we hebben het een beetje gevierd dat we goud in de kamer hadden. Maar dat was niet meer dan samen aan de keukentafel nakletsen over de overwinning en het vasthouden van de medaille. Dus geen geweldig Holland House feest voor ons schutters. Of Monique dat wel gehad heeft weet ik niet. Onze wedstrijd was bezig of we moesten nog beginnen." Barcelona beleeft ze heel anders. "We waren met een grotere groep en zodoende zaten er in ons appartement dus alleen schutters. Die verhalen kende je natuurlijk al door | 64 |
en door." Individueel doet ze het iets beter dan vier jaar eerder. Met het Nederlandse team overleeft ze de achtste finale niet. Het is wel kantje boord; pas na een tie-break mag China naar de volgende ronde. Na Barcelona komt er een nieuwe periode in het leven van de Van Rozendaals: Marijn (1995) en Lotte (1998) nemen de plaats in van pijl en boog. Schieten is er alleen nog voor de gezelligheid naast badminton, skate en squash. De pauze duurt elfjaar, daarna begint het toch weer te kriebelen. "We hebben alles van de zolder gehaald en ik heb me aangemeld als nieuw lid bij mijn oude vereniging DVS. 'U heeft al eerder geschoten' was het eerste commentaar. Geen wereldschokkende onthulling; ik had immers mijn eigen boog bij en welke beginneling heeft die. Maar verder kende niemand mij en werd ik gekoppeld aan de jeugd. Gerry kon zijn lach nauwelijks inhouden toen een van de moeders tegen haar zoon zei: Wil je er rekening mee houden dat deze mevrouw hier voor het eerst komt!" | 65 |
Roem is dus echt vergankelijk. Dat blijkt ook bij de eerste FITA-wedstrijd na haar come-back in Schijndel. "Gerry kwam wat later en vervolgens direct naar me toe. Waar ben jij mee bezig? Het gonst hier rond: 'Wie is die mevrouw op baan 1 in dat witte pakje?' Binnen de kortste tijd had ik de bondscoach achter mijn kont hangen. Of ik me wilde inzetten om met een damesploeg op weg te gaan naar Beijing? Samen met Gerry hebben we daar uren over gepraat. Ik wilde wel, maar onder een voorwaarde. Dat ik zeker was van een plaats in het team. Die garantie konden ze me niet geven. En dus ben ik afgehaakt. Ik voelde er niets voor om me volledig in te zetten voor de kwalificatie en dan uiteindelijk mijn plaats ingenomen te zien worden door iemand anders. In 1984 had ik al geen steun gehad van de bond. Dat kunstje zouden ze me geen tweede keer flikken." In haar tweede leven met de boog merkt ze ook dat er nogal wat veranderd is in de topsport. "Ik kreeg nu zelfs echt te maken met het dopingreglement. Er was een paar keer gebeld door een mevrouw, maar de kinderen waren de naam vergeten. Niet zo belangrijk, dacht ik toen. En genoot volop van het jaarlijkse bezoek aan de playback-show in het Hart van Brabant op de woensdag voor carnaval. De volgende morgen... weer telefoon van die mevrouw. 'Dopingcontrole, binnen een uur ben ik bij je.' Ik had dus even de tijd om me af te vragen wat de gevolgen van het stappen konden zijn in relatie tot het regelboekje van NOC*NSF. Iets tegen de hoofdpijn, neusdruppels ... Het viel allemaal mee, behalve dan dat ik op mijn eigen toilet de deur open moest laten staan..." Over doping heeft Jacqueline een uitgesproken mening. "Ze nagelen de sporter aan het kruis, maar ze moeten degene die er achter zit aan het kruis nagelen. Geef het gehele geneuzel vrij, dan kan iedereen daarmee doen wat hij wil. Dan kan men zelf over zijn leven beslissen. En is het niet meer zo dat de beste en slimste dokter wint." Terugblikkend op haar sportieve loopbaan heeft Van Rozendaal nergens spijt van. "Het is een aparte wereld. Topsport is net een voortdenderende trein. Je kunt er op dat moment niet meer op- of afspringen. Je maakt keuzes. Dat doe je zelf, maar ook anderen maken keuzes voor je. En daar moet je je maar naar schikken." Inmiddels is ze in de voetsporen van haar vader getreden en voorzitter van De Vrolijke Schutters. En staat ze nog steeds in de boeken met het Nederlands record. Op 5 maart 1989 schiet ze in Den Bosch met de recurve indoor op de 25 meter met 60 pijlen 575 punten. Viert dat record nog een zilveren jubileum? | 66 |
2012 |
Henk Mees en Piet LauwenJacqueline van Rozendaal : Roem is dus echt vergankelijkOlympische sporen in 's-Hertogenbosch (2012) 63-66 |